Bert Toisuta, veel mensen zien de echte waarde van Pencak Silat nog niet
"Pencak Silat is van oorsprong geen wedstrijdvechtsport maar een leefwijze en een kunst en dat weten veel mensen niet,"legt Toisuta uit. Pencak Silat is niet commercieel en dat zou volgens Toisuta ook een grote rol spelen bij de ondertussen ontbrekende populariteit van deze Oosterse krijgskunst in Nederland. Toch kende deze vorm van Martial arts, nu vooral populair in het buitenland, ook hoogtijdagen in Nederland.
Bert Toisuta begon in 1967 met jiu jutsu bij de heer Kreieger en taekwondo bij Suiveer. Halverwege 1969 kwam Bert trainen bij grootmeester Henri de Thomis in Groningen die de grondlegger was van het Pencak Silat Bonkot en les gaf bij sportschool Bregonje. "Deze man heeft mij het meest geleerd, zowel mentaal als fysiek, en heeft veel invloed gehad op mijn ontwikkeling," vertelt Bert. Door de vele invloeden van vechtsporten kreeg Bert zijn eigen ideeën en verliet uiteindelijk het Bongkot-harimau (tijger) nest om zijn eigen Pencak-stijl (aliran) Matjam Hitam (zwarte panter) te introduceren.
Bongkot
In de jaren '70 werd Pencak Silat Bongkot ook niet echt gezien als vechtsport, meer als 'sierlijke flauwekul' vanwege de vele stijlen en omdat het cultuurgericht was. De uit Indonesië en Maleisië afkomstige vechtsport moest moest toen onderdoen voor het veel populairdere Kyokushinkai karate. Maar door demo's te geven op bijvoorbeeld pasar malams in heel Nederland, het eerste Veronica vechtsportgala (14-02-1988) in de Rijnhal in Arnhem en door behaalde resultaten bij all-style toernooien en karate wedstrijden, kreeg Pencak Silat Bongkot steeds meer waardering bij een groter publiek. "Het is weliswaar een harde, sierlijke vechtsport waarbij je veel moet leren incasseren maar toch is deze vechtsport realistisch en effectief," vertelt Toisuta.
In Nederland waren destijds twee stijlen die ingingen tegen de normale stroming van Pencak Silat, en dat waren de Bonkot stijl van De Thomis en de Perisai Diri van Ruud van Weldam, waar onder andere Rob Kaman een hele periode bij heeft getraind.
Matjan Hitam, onbekend, onbemind ... en bedreigend
In het begin werd Bert niet serieus genomen met zijn nieuwe Pencak Silat stijl maar gaandeweg wist hij de nieuwe stijl van Pencak te profileren door middel van spectaculaire demonstraties te geven met zijn familie zodat zowel vriend als vijand onder de indruk waren. Bij de Matjan Hitam stijl vormden onder andere de dieren de basis van de bewegingen en technieken, met in het bijzonder de overlevingstechnieken, en was de stijl erg op de wedstrijdvorm gericht. Dit laatste was vooral om een stukje erkenning te verkrijgen voor de Pencak-stijl als zijnde een volwaardige vechtsport.
Ook werd er veel gebruik gemaakt van traditionele wapens zoals de korte stok en het kapmes. Pencak Silat is niet gevaarlijk maar traint op zelfverdediging. Bert Toisuta: "Je kunt pas met wapens trainen en je ermee verdedigen als je weet hoe je ermee wordt aangevallen door je tegenstanders."
Toisuta ontpopte zich niet alleen als een groot vechter maar ook als promotor en organiseerde nationaal en internationaal grote vechtsportevenementen, semi-contact en continuous fighting toernooien en zijn Pencak-stijl werd uiteindelijk toch geaccepteerd.
Piala besar '89 (budogala voor Pencak Silat)
Toisuta en zijn club trainden 7 dagen per week en reisden door heel Europa. Het Matjan Hitam-team van Toisuta werd in eerste instantie geboycot op sommige toernooien, ook omdat de Bongkot-afdeling aanwezig was. De deelnemers van Bert mochten wel een demonstratie geven maar moesten kleding aan van een andere Pencak stijl. Toisuta ging hier niet mee akkoord en uiteindelijk mochten hij en zijn leden dan toch in eigen kledij demo's geven die enorm veel impact hadden op het publiek. De apenstijl (Monyet) werd getoond en hardingstesten met hardhouten stokken.
Aan de piala besar deden circa 15 verschillende pencak stijlen mee en werd gepresenteerd door onder andere oud-karateka en voormalig wereldkampioen WKA en (vecht-) sportverslaggever Fred Royers.
Van daaruit ging het steeds beter en groeide de stijl Matjan Hitam uit tot een volwaardige tak van Pencak Silat. Toisuta presenteerde Matjan Hitam in oktober 1989 op het Budo Gala in de Gruga-Halle in het Duitse Essen waar 15.000 mensen aanwezig waren, waaronder Earl Blijd, Henk Meijer, Tom Harinck, Jean Frenett, Chuck Norris en waar Jean-Claude van Damme een gastoptreden gaf.
Koninklijk
Zijne Hoogheid Prins Maurits van Oranje-Nassau, Van Vollenhoven heeft tijdens zijn studie Economie aan de Rijks Universiteit Groningen (1989) mogen ondervinden wat het Pencak Silat van Toisuta inhoud en waar het voor staat. In eerste instantie draaide de Prins van Oranje een proefles mee die hij als zijnde oud-marinier conditioneel niet kon volhouden. Zes weken later schreef hij zich toch in als lid bij Toisuta, geflankeerd door zijn persoonlijke beveiligers.
De Telegraaf wilde destijds opnames maken van de prins bij de Pencak Silat training maar Toisuta weigerde dit. Volgens Toisuta volgde daarop een negatief stuk in de Telegraaf gepubliceerd over de prins die een gebroken neus zou hebben opgelopen door het volgen van Pencak Silat. Trouw schreef dat de oorzaak van de gebroken neus een nooit opgehelderde vechtpartij zou zijn in sociëteit Mutua Fides van corps Vindicat in Groningen.
"Veel mensen zien de echte waarde van Pencak Silat nog niet," legt grootmeester Bert Toisuta uit. "Veelal wordt alleen naar de buitenkant en het resultaat gekeken van deze sport, zoals het vechten en de resultaten, maar niet naar de binnenkant. Daar bedoel ik mee dat de mentale en fysieke ontwikkeling door deze vechtsport ondergewaardeerd zijn." Toisuta vindt het jammer dat Pencak Silat in Nederland moet inboeten aan populariteit, "maar dat geldt inmiddels voor veel Oosterse vechtsporten." Aldus grootmeester Bert Toisuta.
Plaats reactie
0 reacties
Je bekijkt nu de reacties waarvoor je een notificatie hebt ontvangen, wil je alle reacties bij dit artikel zien, klik dan op onderstaande knop.
Bekijk alle reacties