Remy Bonjasky is duidelijk over de geplande partij tussen Rico Verhoeven en Artem Vakhitov. Volgens hem zit niemand echt te wachten op dit gevecht. Hoewel hij respect heeft voor Vakhitov en diens prestaties – zoals de winst op Alex Pereira – vindt Bonjasky dat deze partij niet op het juiste moment komt.
in zijn Podcast vertelde Bonjasky ook dat hem werd gevraagd een interview te doen met de Glory kampioen. Toen deze langs liep zei Bonjasky: "He Rico ik hoor dat wij een interview gaan doen?" Verhoeven die zijn team bij zich had en een cameraploeg twijfelde eerst. Keek volgens Bonjasky eerst of de camera draaide en gaf toen pas een hand.
"Ook de trainer van Verhoeven, Dennis Krauweel mengde zich in de strijd. Deze zei net als Rico dat ik te kritisch was", zegt Bonjasky. Glory matchmaker Robbie Timmers waar Bonjasky in eerste instantie mee in gesprek was kwam tussenbeide uit angst voor een vechtpartij. Bonjasky kan hier wel om lachen die uiteindelijk zes vragen mocht stellen en zich afvroeg of dit wel een interview was.
Over het gevecht met Vakthitov. Bonjasky noemt Vakhitov een topvechter die zeker een plek verdient bij Glory, maar dit is volgens hem niet de wedstrijd waar het publiek naar snakt. Bonjasky: “Het is geen partij waar mensen voor gaan zitten. Zeker niet nu.”
Toch begrijpt Bonjasky de keuze van Verhoeven. “Rico mag dit gewoon doen. Hij vecht al jaren op topniveau. Laat hem nu zijn eigen pad kiezen.” Volgens hem had niemand eerder kritiek toen de toernooiloting discutabel was. “Nu heeft iedereen een mening, terwijl ze toen stil waren.”
Bonjasky haalt uit naar zwaargewichten die nu klagen, maar in het verleden niets durfden te zeggen. “Waar waren ze toen? Nu Rico bijna stopt, komen ze ineens met kritiek. Ze hadden eerder hun mond open moeten trekken.”
Volgens Bonjasky is het systeem krom. Kampioenen bepalen zelf wie ze uitdagen, en dat ondermijnt de sport. “Als je ziek bent of niet wil vechten, jammer dan. In andere sporten win je alleen als je er staat. Waarom zou dat hier anders zijn?”
Hij pleit voor een jaarlijks toernooi, zoals vroeger. “Dan heb je geen gezeik. Je wint of je verliest. Punt.”
Bonjasky is fel, maar niet haatdragend. “Als iemand goed vecht, zeg ik dat. Als het niks is, zeg ik dat ook.” Hij voelt zich niet verplicht om mensen te sparen. “Ook als ik iemand mag, zeg ik wat ik zie. Daar ben ik Remy voor.”
Hij vertelt over een moment dat Rico hem geen interview wilde geven. “Hij zei: ‘Jij bent te kritisch.’ Maar hij sloopt anderen ook in interviews. Dan moet je het zelf ook kunnen incasseren.”
Volgens Bonjasky is Verhoeven niet per se op zoek naar de sterkste tegenstander. Hij is bezig met zijn imago, zijn winst en zijn exit. “Hij kiest slim. Dat moet je ook kunnen erkennen.”
Maar daar zit ook de pijn. “De sport verliest iets als de kampioen vooral denkt aan geld in plaats van eer.”
Lees het artikel op de mobiele website