Op 18 mei staat Donovan Wisse in de RTM stage in Rotterdam voor de uitdaging om zijn Glory middengewicht titel te verdedigen tegen Ulric Bokeme.
Dit gevecht markeert het vijfde titelgevecht voor Wisse, die tot nu toe elke uitdager in de ring heeft weten te verslaan. De Surinaams-Nederlandse kampioen, bekend om zijn ongeëvenaarde kracht en techniek, ziet in Bokeme geen bedreiging voor zijn titel.
Wisse, die zichzelf als onverslaanbaar beschouwt, benadert elk gevecht met een professionele houding. "Het maakt niet uit wie Glory voor mij zet, het is mijn werk, ik zie Bokeme als mijn volgende slachtoffer," verklaart hij in een interview met Vechtsport Info. Ondanks Bokeme's hoge rangschikking en reputatie in de ring, verwacht Wisse dat het gevecht een herhaling zal zijn van eerdere overwinningen (lees verder onder video).
Wisse kijkt al vooruit naar mogelijke toekomstige gevechten dit jaar, waaronder een rematch tegen Michael Boapeah en een confrontatie met Mo Touchassie, mits deze blijft winnen. De kampioen staat ook open voor deelname aan een middengewicht Grand Prix, mits de voorwaarden aantrekkelijk zijn. "Dan moeten de voorwaarden wel goed zijn en aantrekkelijk om mee te doen voor mij," benadrukt Wisse.
Momenteel verblijft Wisse in Suriname, maar hij zal binnenkort naar Nederland afreizen om te trainen bij Kickboxing Fearless onder leiding van Dave Davis. Wisse, die al jaren kind aan huis is bij deze sportschool, kijkt uit naar het gevecht in Rotterdam. "Het is mooi om weer in Nederland te vechten, ik ben een Rotterdammer en om dan daar in de ring te mogen staan voor mijn fans is top," zegt Wisse (lees verder onder foto).
Donovan Wisse in actie
Elk gevecht van Wisse trekt een grote schare fans, en het gevecht tegen Bokeme zal hierop geen uitzondering zijn. Dave Davis, manager/medetrainer en mentor van Wisse, verwacht dat er veel mensen speciaal voor Donovan zullen komen. "Elke keer zijn het er steeds meer," merkt Davis op. Deze steun is een belangrijke motivatie voor Wisse om zijn titel met succes te verdedigen.
Lees het artikel op de mobiele website